Afgelopen maand oktober was bij EST art foundation in Leiden deze drukbezochte tentoonstelling met kleurrijke dekens van Henk van Reek te zien, gecureerd door Mienke Simon Thomas, secretaris van de Stichting Leidse Deken.
Deze tentoonstelling toonde in totaal 25 verschillende dekens die Henk voor dekenfabriek Van Wijk ontwierp tussen 1958 tot 1976. Daar zijn een aantal gouaches aan toegevoegd, die hij maakte in de jaren direct na de sluiting van de dekenfabriek in 1976. Dat is voor het grootste deel werk dat hij in het kader van de BKR, Beeldende Kunstenaars Regeling, kon maken en verkopen aan de gemeente Voorschoten, de plaats waar hij al die jaren woonde.





Een eigen archief heeft Henk niet. En het archief van dekenfabriek Van Wijk is onvolledig bewaard bij ELO, Erfgoed Leiden en Omstreken. Ik kan dus niet precies zeggen welk deel van het oeuvre van Henk hier vertegenwoordigd is. In totaal moet hij toch minimaal een honderdtal dekenontwerpen hebben gemaakt. We kunnen dus wel zeggen dat hier een kwart te zien is. En vast ook de meest populaire dessins, die het meest verkocht werden en dus de grootste kans hadden om bij ons terecht te komen. Bijvoorbeeld een van zijn meest gewilde dekens, in twee verschillende kleurstellingen: Apollo. Deze ontwierp Henk in 1969, het jaar waarin de Apollo op de maan landde.



Hoe ging Henk te werk? Aan ideeën en inspiratie had hij in ieder geval geen gebrek. Volgens eigen zeggen volgde hij beslist niet op de voet wat er in Nederland en daarbuiten in de interieur- of textielmode gebeurde. Maar dat weiger ik te geloven. Een ontwerp als Carnaby of Saturnus hebben toch echt hele grote overeenkomsten met Finse textielontwerpen uit de jaren 60. Een eigentijdse inspiratiebron deelde hij wel met mij. Soms mocht Henk met de vrouw van de onderdirecteur Paul de Beer mee naar modeshows van Max Heymans.
Wanneer Henk een ontwerp in kleur had uitgewerkt op papier werd dat door een speciale daarvoor aangestelde wever eenmalig uitgevoerd. Zoiets was een dure grap, maar beslist noodzakelijk: een geweven deken ziet er anders uit dan een beschilderd vel papier. Wanneer er zo een stuk of vijf, zes nieuwe ontwerpen geweven waren, werd deze reeks beoordeeld door de commerciële directeur, verkopers en vertegenwoordigers van de fabriek en door enkele kunst- en designkenners. Dat waren soms goede vrienden van Henk: de schilder Sierk Schröder en Simon Mari Pruys, destijds een gerespecteerd en zelfs gevreesd design-criticus en theoreticus. Schrijver van het kritische boek Dingen vormen mensen. Na een eventuele verandering bepaalde Henk de verschillende overige kleurstellingen van het patroon en werden de weefgetouwen gereed gemaakt. Geregeld verzon Henk totaal nieuwe kleuren: paars en cyclaam, hardblauw en groen waren voorheen nooit als dekenkleur in gebruik geweest.



Hoe het ook zij: de dekens van Henk werden goed verkocht. En zij beïnvloedde zonder enige twijfel op hun beurt de dekenontwerpers van andere fabrieken. Nee, aan zijn patronen lag het niet dat het toch vrij snel mis ging. Wel aan de toen populair wordende synthetische garens, die in eerste instantie oh zo handig, praktisch en goedkoop leken te zijn. Hadden we toen maar geweten wat we nu weten over de funeste gevolgen van al dat plastic in ons milieu. Maar de doodsklap werd midden jaren 70 gegeven door de dekbedden. Binnen de kortste keren sloten de twee nog werkende Leidse fabrieken Van Wijk en Zaalberg. In Tilburg hield men het nog iets langer vol, maar ook daar worden nu al jaren geen dekens meer geweven.
Gelukkig werd toen onze Stichting Leidse Deken opgericht, die enerzijds werkt aan het behoud van het Leidse dekenerfgoed en anderzijds sinds een dik jaar weer echte mooie nieuwe wollen dekens weeft. Voor ons vormen de dekens van Henk een bron van inspiratie en het tastbare bewijs dat een mooie deken ook na vijftig jaar nog warmte en vreugde kan geven.

Tekst: Openingsspeech van Mienke Simon Thomas