Nieuwe koers van de Dutch Design Awards gaat voorbij aan de inbedding van jong talent

Marc Vlemmings

Opinie

Opinie | Marc Vlemmings

Na een jaar van bezinning heeft Dutch Design Foundation, de organisatie achter de Dutch Design Awards, besloten om de prijs enkel nog te bestemmen voor jong designtalent. Met deze nieuwe koers heeft Nederland geen enkele designprijs meer voor het mainstreamdesign, dat de inbedding biedt voor jong talent. Dit zal een gemis worden.

Nederland had in de eerste decade van deze eeuw diverse prijzen die het mainstreamdesign, waaronder design in opdracht en design voor zakelijke doelen, in de schijnwerpers zetten. Maar na de opheffing van prijzen als de Rotterdam Designprijs, de Goed Industrieel Ontwerperkenningen en de Gelderse Designprijs blijft alleen de Dutch Design Awards over. Of beter bleef, want vorige week werd bekend gemaakt dat ook de laatste prijs zal ophouden te bestaan als prijs die design in zijn volle lengte en breedte eert.

Dutch Design Awards (DDA) viert ontwerpers die voorop lopen met radicale verbeelding, uitzonderlijk talent en samenwerking, luidt de kop boven het persbericht waarin de organisatie haar nieuwe koers aankondigt. Dit houdt in dat de prijs zich enkel zal richten op jong designtalent. Dat deed DDA al, want de Young Designer Award maakte deel uit van de prijs. Door designtalent uit de inbedding van het mainstreamdesign te tillen wordt het een losstaand evenement, waar gemakkelijk aan voorbijgegaan kan worden. Want in de nieuwe formule van de DDA zullen nog maar drie talenten een Young Designer Grant van 10.000 euro krijgen en zullen hun projecten tijdens de Dutch Design Week te zien zijn.

DDA lijkt ervan uit te gaan dat vernieuwende designconcepten per definitie afkomstig zijn van jong talent, maar dat is geen wet. Het concept design thinking — door sommigen verguisd, door anderen omarmd — en het hiervan afgeleide social design vindt zijn oorsprong bij een van de grootste ontwerpbureaus, Ideo. Een ander vernieuwend designconcept, speculative design, werd al door Philips Design gebezigd nog vóór de term gemunt was.

Ook lijkt DDA de impact van design te overschatten als het schrijft DDA zet zich in om nieuwe perspectieven te ontwikkelen waarin ontwerp wordt erkend als een drijvende kracht achter innovatie en kansen. Design kan betekenis geven aan innovaties en nieuwe technologieën, en kan deze inclusiever maken, maar heeft zelden het voortouw als het gaat om innovaties. Wat DDA eigenlijk doet is de mythe van het briljante, jonge talent in stand houden.

DDA heeft gelijk als het stelt dat het denken over design in vooraf gedefinieerde categorieën niet langer de rijkdom van het hedendaagse ontwerplandschap weerspiegelt. Maar om dan het overgrote deel van de designpraktijk uit te sluiten van de prijs en zich alleen te richten op aankomend talent, is het kind met het badwater weggooien. Het moet toch mogelijk zijn om het mainstreamdesign langs andere maatstaven te beoordelen dan die gebruikelijk zijn voor de traditionele designdisciplines.